IKAN PAUS HIU (WALVISHAAI)

IKAN HIU PAUS (INDONESISCH VOOR WALVISHAAI)

Zoals elke avond tijdens mijn verblijf in Indonesië , had ik een omong (praatje) met onze nachtwaker Nyoman Parma. Op een gegeven moment kregen we het over de walvishaai. Mijn gedachten gingen ver terug in de tijd.

Het was ongeveer 35 jaar geleden dat Dries Soeteman en ik besloten een vakantie, met onze echtgenotes, in Schotland door te brengen. Aldus geschiedde. We parkeerden de kinderen bij oma en de kinderboerderij en gingen op weg. Niet naar het onbekende, maar het vooruitzicht om enkele weken links te rijden was toch een beetje anders. Ik zou in principe rijden.
We namen North Sea Ferries van Hoek van Holland naar Hull. Een aangename reis. Daar aan gekomen viel het links rijden erg mee. Ik reed gewoon achter de anderen aan.
Van Hull reden wij naar York. Een prachtig stadje waar een heerlijk sfeertje heerste.

De volgende dag vertrokken wij van York over een B-weg richting Edinburgh. Een mooi weggetje met weinig verkeer, althans… Er kwam van de andere kant een zeer fraaie antieke auto aan. We stopten en keken er bewonderend naar. Niet snel daar na nog een en nog een en … Sommigen van de bemanningen hadden ook antieke kleding aan zoals geruite petten en lange  shawls. Velen van hen gedroegen zich zeer feodaal en reden je bijna van de weg af.
We stopten bij een soort boerderij waarvan de bewoners ook stonden te kijken. Verder rijden was gevaarlijk. Zij vertelden ons dat het een soort rally was met deelnemers vanuit de gehele wereld. Zij lieten ons een lijst zien waar uit bleek dat er meer dan 300 deelnemers waren. We begonnen de voertuigen steeds meer met andere ogen te bezien.

Uiteindelijk kwamen we toch in Edinburgh. Een stad die ik eerder via de Marine had leren kennen als een van de ongekende mogelijkheden van uitgaan. Voor wat dat betrof heb ik me toen een beetje op de vlakte gehouden.
Vandaar maakten wij een prachtige reis door het noorden van Schotland, met de nadruk op het westelijke deel, met onder andere Oban. We gingen noord tot Scapa Flow. Daar draaiden we om, terug naar het zuiden en besloten op de terugreis het ons bekende Cambletown aan te doen.

We genoten en bleven daar een tweetal dagen. Op de weg naar huis deden we vanuit Cambletown een prachtig stadje aan, gelegen aan het grote Loch daar. Zoals jullie weten staat dit Loch daar in verbinding met de open zee. Ik meen me zelfs te herinneren dat de Engelse atoom onderzeeboten daar door heen kwamen op weg van- en naar hun thuishaven.
Dries en ik wisten dat er daar veel makreel zat. De hengels hadden we niet voor niets meegenomen. We parkeerden de dames op een terrasje in het schitterende haventje, huurden een zodiac en voeren uit. Een paar honderd meter uit de kant lieten wij ons drijven en gingen aan de slag met kleine verzwaarde spinnertjes.

De vangst overtrof onze verwachtingen. We zwengelden de ene naar de andere grote makreel binnen. Die zouden we later met de door ons meegebrachte gas komfoortje en koeken pannetje smakelijk bakken en verorberen.
Op een gegeven moment werd onze aandacht getrokken door een redelijk groot beest met een grote snor. Een soort Ted de Braak in dompel pak. Hij verbleef daarna steeds in de nabijheid van onze boot. De makrelen lieten zich, misschien daardoor,  echter wat minder zien. We dachten dat het een zeehond, misschien ook een zeeleeuw was.

Nog iets later werd onze aandacht door iets héél anders getrokken. We keken nog eens goed, het bleek een enorme rugvin te zijn. Het kon geen haai zijn daarvoor was hij veel te groot. Ik besloot om te gaan kijken. Dries sputterde nog even tegen, volgens mij vond hij het eerst nog een beetje eng.
Ik naderde de vin langzaam van achteren. Toen we dichterbij kwamen zagen wij dat er ook een enorm groot beest aan vast zat. Ik bleef op een dwars afstand van enkele meters en ging in formatie varen. We konden hem goed bekijken en zagen dat het een hele grote walvishaai was. Hij had ons natuurlijk ook gehoord en ging na enige tijd langzaam naar beneden. Hij had denken we, een beetje gas gegeven, want even later kwam hij een aardig stukje verder weer met zijn vin boven. Ik wilde hem weer in halen, maar dat vond hij kennelijk te ver gaan. Hij dook en kwam niet meer boven. Hij was op weg naar de grote scholen plankton. Of misschien wel naar een heel andere plek op de aarde om vrienden of vriendinnen te ontmoeten.

Vol van dit alles leverden wij na afloop de boot in. De eigenaar reageerde op ons verhaal dat het niet helemaal zonder gevaar was geweest. Want door hun slechte zicht kunnen zij van iets wat plotseling dichtbij komt schrikken en een crash dive maken. Waarbij hun grote staart met een harde dreun op het water kan komen, dus ook op je bootje.

Nu ik dit zo schrijf, weet ik weer zeker wat ik lang weet. Een hogere macht, wat of wie het ook mag zijn, heeft onder andere mij uitgekozen om je al dat mooie te laten zien. Je moet natuurlijk zelf ook wel een beetje opletten.

N.B. Enkele jaren terug zag ik een programma over een expeditie die in het zelfde gebied onderzoek naar de walvishaai heeft gedaan gedurende 8 maanden. Zij hebben er niet een gezien. Hadden ze maar les moeten nemen bij de Marine Luchtvaart Dienst.

Wat een mooi zoogdier. een voorrecht om dit te hebben mogen meemaken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *