Toon van Dun Vlieger MLD deel 9

Van de tijd die hij met de Neptune doorbracht tijdens die spannende tijd in NNG, zijn slechts de eerste 3 maanden terug te vinden in zijn logboek.

Het logboek van de verdere tijd die hij daar verder doormaakte is helaas nog steeds niet te vinden. Ik vond in het eerste echter nog wel enkele vluchten en opdrachten. Zij komen overeen met de informatie van collega’s die in die tijd ook bij VSQ321 op de Neptune vlogen. Ik noem onder andere: Kampong verkenning, patrouille boven land en boven zee tegen infiltraties, ondersteuning van het Korps en de Landmacht in de bush en meer. Er werden echte bommen gegooid. Ook werd met raketten en andere doeltreffende middelen de tegenstander te lijf gegaan.

Er zijn toch nog twee speciale vluchten die ik kan noemen. Op 23 november 1961 vliegt hij een OSRD vlucht met Veenis, Swiggling, Palthe, Dekker en Plat met als opdracht het lokaliseren van een zeer bekend persoon, Rockenfeler. Deze werd vermist tijdens een soort ontdekkingsreis. Misschien mede door diens beroemde afkomst werd er door de hele wereld veel aandacht aan geschonken. Zoals wellicht bekend is er nooit meer iets van hem vernomen. Er zijn twee theorieën. Hij is waarschijnlijk verdronken in zee. Het sensatie verhaal ging ook dat hij is verorberd door een paar zee krokodillen, haaien of hongerige vijandige inwoners. Het laatste heeft mij altijd, ondanks dat dit misschien niet gebeurd is, tot nog toe erg gefascineerd.

In die tijd is er ook een Dakota van de luchtmacht (X-11) door onverklaarbare oorzaak, op ongeveer 4200 meter hoogte tegen de hoogste berg van NNG gevlogen. Deze was op weg van Merauke naar Biak. Er waren strikte orders dat de kist niet boven 8000 voet mocht omdat er een baby aan boord was. Toen de kist niet aankwam op Biak is lange tijd gezocht door de Neptunes van 321. Zonder resultaat, omdat de werkelijke plaats van het ongeluk ver buiten de gebruikelijke route lag en onlogisch was. Onder bemanningsleden die hebben gezocht was ook Toon. Ik heb dit uit een berichtje uit de correspondentie over X-11 van Einte Prins. Op 11 juli 1962 was deze telegrafist tijdens op zo een zoek vlucht, met als vliegers Toon van Dun en Gerrit Voskamp. Helaas tevergeefs.

Na het einde van de politieke moeilijkheden en de overname van NNG door Indonesië, keert Toon terug naar Nederland met wederom de “202”. Dezelfde kist die hem naar NNG bracht.

Hierna hapert zijn logboek registratie tot hij gaat vliegen op de “Augusta Bell”. Hij komt hier mee in een, voor hem zeker, ongewone rustiger tijd.

Alles is geladen. Overal afblijven, zegt Willem Verkaar.

Foto Cor Zwartewaalsloot.

P2V7B 201

Toon van Dun vlieger MLD deel 8

Na ongeveer 35 vluchten met de eerder genoemde Bell, stapt Toon al snel over op de Sikorsky H-19 Chicasaw, bij de Navy genaamd HO4S. Later werd het de S-55 zoals ik die heb leren kennen. Ook met de Sikorsky SH-34-J Seabat, later genoemd de S-58 maakt hij een tiental vluchten. Buiten deze twee maakt hij nog enkele vluchten met de Hiller. Volgens zijn logboek was hij al geplaatst op Vliegtuig Squadron 8 toen hij op de laatst genoemde vloog.

In December 1959 is hij dus geplaatst bij VSQ8 en begint aan een langere tijd als vlieger op de S-55. Zij hebben er twee, de 076 “Salomé” en de 077 “Cleopatra”. Ik zie in zijn logboek vele ,voor mij later bekende, namen voorbij komen. Toon vliegt zowel op MVKValkenburg als op de Karel Doorman. Buiten diverse andere opdrachten vliegt hij op de Doorman veelvuldig als “Plane Guard”. Op 12 oktober 1960 komt dat goed uit als sergeant vlieger Jan Albers met zijn Avenger een ditch maakt. Hij pikt Albers en mede bemanningslid Verhage uit hun dingy. Er zaten er nog twee in het vliegtuig maar ik weet niet hoe die gered zijn. VSQ8 is ondertussen VSQ2 geworden. Dit even terzijde.

Hij maakt ook de reis naar NNG met Smaldeel 5 mee. Ik zie de naam van de omgebouwde burger tanker “Mijdrecht” een paar keer voorbij komen. Ook in Nederlands Nieuw Guinea (NNG) maakt hij diverse vluchten, ik zie Boeroekoe, Woendi, Rendani, Sentani en meer. Hij blijft vliegen op de S-55 tot april 1961. Dan wordt hij geplaatst op VSQ 5 dat onder andere vliegt met de S-11 en hij weer gaat wennen aan de vaste vleugels. In september verruilt hij VSQ5 voor VSQ321 wat is begonnen te leren vliegen met de splinter nieuwe P2V7B “Neptune” in Burbank USA, met uiteindelijke bestemming NNG.

Het was de bedoeling dat Toon met zijn gezin naar dit verre oord zou gaan. Zij hadden hun prikken al gehad. De “ontwikkelingen” op het land van hun bestemming waren echter van dien aard, dat in dit geval een plaatsing aldaar jammer genoeg alleen voor Toon kon gaan gelden.

Na verschillende les vluchten op het nieuwe type vertrekt hij met vlieger de Rouw en de mede bemanningsleden De Vries, Palthe, Polwijk, Kind en Kragt op 28 september 1961 met de “202”van Burbank naar Almeda. De dag daarna vliegen ze van Almeda naar Barberspoint op Hawaï. Ze doen dit in 11.1 of te wel elf uur en 6 minuten. Hierna hebben ze een dag rust. Niet verkeerd daar denk ik.

Op 1 oktober vertrekken zij met bestemming Kwajalein. Zij doen daar 10.9 over (reken maar uit, alles achter de punt is verdeeld in 10 maal 6 minuten). Op 4 oktober volbrengen zij de laatste etappe Van Kwajalein naar Biak, vliegveld Beroekoe. Daar wordt het ernst. De volgende dag vliegt hij met vliegers Kuiken en de Rouw, met de rest van de bemanning Fransz, Wendel de Joode, Visscher en Veerman een lokale algemene kennismaking, met de “201”.

Kisten met bemanningen te Biak

Zelfde kisten van achteren gekiekt

CO-2

Net als overal in ons land moeten wij in Valkenburg zh rekening gaan houden.met de CO2 uitstoot. Groene energie is echter nog onvoldoende aanwezig. Wij mogen dus gelukkig nog gebruik maken van fossiele brandstoffen.

Steamboot, Railroad, river ….

Toon van Dun vlieger MLD deel 7

Vanaf 1 februari 1954 verplaatst Toon zich met de P2V5 vanuit Almeda in vele richtingen over de aardkloot. Te veel om op te noemen, maar ik meld er enige. Van 1 tot 8 maart 1954 een trip van Almeda, via diverse tussen stops naar Leeuwarden. Hij gaat een week later per DC6 terug naar Almeda. Van 11 tot 20 maart vliegt hij, weer via vele tussenstops, naar MVKValkenburg. Ik vermoed dat zij met meerdere bemanningen een aantal kisten naar Nederland hebben gevlogen. Ik zie weer enkele bekende namen voorbij komen, onder andere de vliegers Schreurs, Versteeg en de Groot.

Op 9 april begint het echte werk voor Toon op P2V5, ook wel “de vijf” genoemd. In de eerste tijd, dat haal ik uit zijn logboek, bestond dit vooral uit oefeningen die duidelijk maakten dat de vijf nog echt in de eerste plaats een bommenwerper was met veel fighting power, zeker met de aanwezige mitrailleurs. Al snel echter zie ik ook de woorden sonobuoy, sono patroon, radar oefening en zoeklicht aanvallen opduiken. Op 8 maart 1955 duikt voor het eerst het woord CASEX (Combined Anti Submarine Excersise) op. Wat zij precies deden en hoe zij de apparatuur en welke procedures zij gebruikten, kan ik nergens vinden. Ik weet wel dat zij Radar, ESM en MAD bezaten. Dit is duidelijk te zien als je de foto’s van de kist bekijk. Ook kwam ik, dit ook even terzijde, tegen dat zij GCA landingen maakten. Misschien een andere GCA dan die ik gekend heb.

Op april 1956 kom ik voor het eerste de opdracht AEW (Airborne Early Warning) tegen. De AN/APS 20 radar van de vijf was een radar voor dit doel ontwikkeld. Ook later op de SP2H moest je deze radar als operator op een speciale manier afregelen en gebruiken om onderzeeboten (periscopen en snuivers) te kunnen ontdekken. Op 26 april zie ik een opdracht “ECM – Radar”. Het bewijs dat ook ESM (Electronic Search Measures) werden beoefend, met het doel om met de ESM apparatuur (vijandelijke) radar uitzendingen te onderscheppen. Dit voor eigen bescherming, maar ook voor lokalisatie van het doel. Op 28 maart 1958 staat in de opdracht MAD (Magnetic Anomaly Detection) – ECM – Radar. De jacht op de onderzeeboten krijgt duidelijk een deel in de taak van de Neptune. In december 1958 denk ik door de aantekiningen in Toon’s logboek, dat hij aan het eind van zijn tijd op de vijf vermoedelijk ook als instructeur is gaan vliegen.

In juni 1959 wordt hij overgeplaatst en verruilt zijn indrukwekkende en lange tijd op vaste vleugel vliegtuigen in voor een toekomst op de helikopters. Weer beginnende in Amerika en wel op Ellyson Field Pensacola Florida. Hij stapt daar in zijn eerste wentelwiek, de Bell-6

Goodby P2V5

Toon van Dun vlieger MLD deel 6

Op 25 mei 1950 maakt Toon zijn laatste vlucht in de Gordel van Smaragd en wel met de Catalina P-208 bij Vliegtuig Squadron 321. Op 7 juli van dat zelfde jaar hervat hij zijn bekwaamheid in de cockpit van de Catalina P-206, nog steeds bij het zelfde Squadron maar deze keer vanaf Nederlands water of grond. Een weekje later op 13 juli landt hij voor de laatste keer met een Cat. Hij sluit zijn opgave van zijn vlieguren van die maand juli op de 28e af met de opmerking “Afgesloten bij het uit dienst stellen van het Squadron”.

Mooi

Toon wordt geplaatst op het Marine Vliegveld Valkenburg, hierna genoemd MVKV. Hij heeft wel wat rust verdiend. Hij neemt toch, vermoedelijk als een soort verpozing af en toe achter de stick, of als passagier plaats in diverse types vliegtuigen. Ik noem o.a Firefly, Harvard en Auster.

Firefly

Harvard

Auster

Op 29 april 1951 is de rust afgelopen, hij gaat met een Lockheed Constellation via Shannon en Gander naar Idle Wild in de States.
Hij is ondertussen geplaatst bij Vliegtuig Squadron 320 en gaat op NAS Norfolk aan de rit met de van velen van ons bekende “VP2-Harpoon”. Een prachtig vliegtuig.

Harpoon

Zoals gezegd, de Harpoon was een vliegtuig met mogelijkheden die er eerder niet waren. Ook onderzeeboot bestrijding kwam op een gegeven moment voorzichtig om de hoek kijken. Tijdens de watersnood in 1953 speelde Toon met dit vliegtuig een grote rol. Zowel bij droppings als wel de coördinatie van de vlieg bewegingen in het rampgebied.

In de laatste periode van zijn periode op de Harpoon vliegt hij tussen neus en lippen door ook nog even op de Sea Otter en de Mitchell. In januari 1954 gaat hij wederom naar de States te Almeda met het “MLD Det USA” om zich te gaan bekwamen op de Lockheed P2V5.

Sea Otter

Mitchell

P2V5

Toon van Dun Vlieger MLD Deel 5

Ik begin bij het einde van het vorige verhaal over Toon van Dun. Hij vliegt een ongelofelijk aantal vluchten op de C-47 van de Marine Luchtvaart Dienst. Ik heb zijn logboeken gechecked en de aard van deze vluchten zoveel mogelijk op een rijtje gezet.
Het grootste aantal waren ferry’s tussen plaatsen in Indonesië. Daarbuiten waren ook vele opdrachten zoals droppings van parachutisten en andere benodigheden. Ik las ook bloed plasma, daar kun je je iets bij bedenken. Tevens werden verkenningen uitgevoerd.

Een logboek is eigenlijk alleen maar een document waar de feiten worden opgeschreven. Voor de alle gebeurtenissen die soms plaats vonden was geen plaats op de regel “DUTY Including Results and remarks”. Deze was maar 8 cm lang.

Wat ik onder andere uit zijn logboeken haal, is het juiste aantal vluchten op de Dakota. Dat waren er dus veel. Tussen augustus 1946 en december 1949 meer dan 750. Het speelde zich af tijdens de politionele acties, dus relaxed “huisje, boompje , beestje” vliegen zal het niet zijn geweest. Zij zijn vele malen be- en tweemaal aangeschoten.

Hij heeft trouwens tijdens deze periode met zijn gezin in Surabaya gewoond. Eerst met moeders en zoon René, later heeft zich daar zijn zoon Ton, door middel van zijn geboorte aan toegevoegd. Dit even terzijde.

Jammer genoeg heeft deze laatste, waar ik contact mee heb, heel weinig foto’s over deze periode. Ik plaats er toch enkelen. Ik kom niet helemaal uit de commando structuur van de militaire luchtvaart in de oost uit die tijd. Ik begrijp wel dat Militaire Luchtvaart KNIL (ML-KNIL) en de MLD daar uitvoering aan gaven. Maar wie de baas was kom ik niet uit.
Er is vast wel iemand onder jullie die dat wel weet. Ik trek wel de conclusie dat het meeste gebeurde onder commando van O.V.T.S. (Oostelijk, Verkenning-en Transport Squadron) voor zowel KNIL als MLD. Als ik het mis heb hoor ik het graag.

De laatste maanden van zijn verblijf in de Oost neemt Toon ook plaats achter het stuurwiel van de Catalina afgewisseld met dat van de Dakota.
Hij begint een tweede logboek. In dit logboek begin ik namen tegen te komen van mannen die ik in het begin als jonge telegrafist tegenkwam bij de MLD op Valkenburg.

Voor de oudjes onder ons o.a : Hoebink, Bijl, v.d. Meulen, Olthof, Kommer, Muntenaar, Bernet, Runderkamp, Voogt, Meijer, Abbink, Oranje en anderen.
In mijn ogen waren zij oud, maar vliegers kruizen en andere hoge onderscheidingen hadden zij wel. In het begin had ik geen idee wat ze inhielden, maar later maakten deze echt wel indruk.

Foto 1: Dropping van containers met inhoud.
Foto 2: Toon himself in de cockpit van een C-47 Dakota. Aan de
kleding van de man links te zien denk ik dat het tijdens
de preflight was.

Toon himsef

Dropping Djatiman

Catalina Ton (Amfibie, er waren ook Vliegboten Cats).

Toon van Dun Vlieger MLD deel 4

De plaatsingen van SGT van Dun in mijn laatste verhaal komen u ongetwijfeld een beetje chaotisch over. Dat bevreemd mij niet, want ik moest er zelf ook een paar keer in duiken om het op een rijtje te krijgen. Dit alles heeft te maken met de vele gebeurtenissen en veranderingen in die tijd.
Zowel de oorlog in Europa en later die in de oost werden beeïndigd en de doelstellingen van de diverse vlieg opleidingen en alles wat daar mee temaken had, veranderden mee.
Ik begin toch weer even na het eind van de laatste plaatsing van hem op de mosquito bij No. 13 O.T.U. Middleton st. George.

Hij wordt in november 1945 geplaatst op Squadron 320 dat vliegt met de Mosquito. Dit is van korte duur, want op 1 mei 1946 wordt het squadron op vliegveld Twente uit dienst gesteld. Dit is aangetekend in zijn logboek en ondertekend door officier vlieger der eerste klasse den Hollander. Dit is de eerste naam van iemand die ik persoonlijk in levende lijve heb gezien. Hij was toen VOMLD. (Foto 2)
Tijdens deze korte periode komt toch een collega van Toon om het leven met een Mosquito. (Foto 1)

Toon bij 320 op Mosquito

320 uit dienst op Twente

Toon gaat in zijn logboek op de plaats rust tot 25 juli 1946, dan vliegt met de DC-4 Skymaster 307 naar de Oost. Hij wordt geplaatst op vliegveld Morokrembangan te Surabaya (toen Soerabaia) en gaat vliegen op de C-47 Dakoto bij Unit MLD Sqn. (Foto 3)

Als welkoms verrassing worden zij tijdens zijn eerste vlucht bij het strooien van pampletten vanaf de grond aangeschoten. Het begin van een roerige periode. (Foto 3)

Wordt vervolgd,

Toon van Dun vlieger MLD deel 3

Na het met goed gevolg afsluiten van de opleiding op de Cornell, zet Toon zijn vorming op 21 maart 1944 tot goed vlieger voort op de “Oxford” bij No. 32 S.F.T.S. (Service Flying Trainig School), Moose Jaw , Saskatchewan, Canada.

Hij gaat, zoals gezegd, vliegen op de “Oxford”. Een twee motorig vliegtuig (monoplane) ontworpen voor de opleiding van diverse taken, zoals navigatie, gebruik radio, bombarderen en het gebruik van de mitrailleur. Uiteraard werd het vlieger schap hier niet vergeten. Het doet mij denken aan mijn eigen tijd op de Beechcraft TC-45-J. Wij deden hetzelfde, alleen beperkt tot de eerste twee.

Toon bij Oxford

Toon bij Oxford

Wederom, waarschijnlijk tot zijn genoegen, volbrengt hij ook deze opleiding naar ieders tevredenheid op 25 september 1944. Het geheel wordt gevierd met een “Graduation Dinner” op 4 oktober 1944 voor de pupils of 103 course. Dit laatste even terzijde, maar ook zeker belangrijk.

Februari 1945 gaat hij met de Oxford vliegen bij No. 6 P. A.F.U. (Pilots Advanced Flying Unit) Little Rissington, Engeland. Ook dit brengt hij op 9 april tot een goed einde.

In mei 1945 gaat hij naar een cursus op de “Mitchell” bij No. 13 O.T.U (Oprational Traing Unit) Harwell Berks, welke na enkele dagen wordt afgebroken vanwege onze bevrijding. Zijn opleiding wordt vervolgd op een van mijn favorieten, de “Mosquito”. IJzeren mannen in houten vliegtuigen. Dit alles bij 13 O.T.U Fin Mere and Middleton. st. George. Daar gaat ook alles naar wens.

Mosquito

November 1946 wordt hij, vliegend op de Mosquito, geplaatst op het mij en vele andere bekende Squadron 320. Dit ter voorbereiding op de strijd in het Verre Oosten tegen de Japanners. Dit duurt niet lang, op 1 mei 1946 wordt het Squadron 320 op vliegveld Twente uit dienst gesteld. Ook de Jappen hebben het opgegeven.

Toon gaat vliegen op de C-47 Dakota in Nederlands Indië . Hij wordt gestationeerd op Morokrebangan bij Surabaya. Het wordt, voor hem misschien onverwachts, een spannende tijd. Al op 3 augustus 1946 worden zij tijdens het droppen van pamfletten aangeschoten. Dit vanaf de grond natuurlijk….
Op de laatste episode kom ik terug in mijn volgende verhaal

Wordt vervolgd.

Toon van Dun vlieger MLD deel 2

Na het succesvol volbrengen van de eerste kennismakingen met de verschillende gevolgen van de zwaartekracht door diverse oefeningen met de DH-82 “Tiger Moth”, gaat Toon op dezelfde weg verder.
Nu echter op 1 november 1943 bij E.F.T.S. De Winton, een vliegveld gelegen bij een klein gehucht met die naam gelegen in de nabijheid van Calgary in Canada. Hij gaat zich concentreren, dat kun je wel aan hem overlaten, op een ander type vliegtuig, de “Cornell”.
Hij volbrengt, tot 21 decemer 1943, althans voor mij als niet vlieger de meest ongelooflijke vliegtechnische oefeningen met deze kist Hij slaagt dan ook met HIGH GRADE. Dit alles lees ik namelijk in zijn logboek.


Cornell op De Winton

Toon met Instructeur, links

Toon met instructeur in vliegpak, koud he? Rechts

Toon van Dun vlieger MLD deel 1

Op 17 augustus 1943 begint volgens zijn eerste logboek de vliegopleiding van Toon van Dun op 7 E.F.T.S. Braunstone Desford in Engeland.
Ik was nieuwsgierig hoe hij daar terecht was gekomen. Via zijn zoon Ton kwam ik diverse dingen te weten.

Toon is op 13 november 1942 als stoker olieman geplaatst op Hare Majesteit “Isaac Sweers” welk schip is ontkomen aan de Duitsers.
De “Sweers” neemt deel aan de operatie Torch in de Middelandse Zee. Om 06.15 wordt zij nabij Algiers getroffen door twee torpedo’s afgevuurd door de Duitse onderzeeboot U-431. Een treft een volle olietank en de andere slaat in onder de brug en de officiers verblijven waardoor alle officieren, behalve de commandant en een andere, omkomen.
Er onstaat een grote brand op het water oppervlak. Naast de explosies zelf zorgt deze er voor dat helaas 103 van de 194 bemanningsleden omkomen. De overlevenden, waaronder Toon, worden opgepikt door de bewapende trawler “Loch Oskaig”. Hierna is hij via via in Engeland terecht gekomen.
Daar wordt op eigen verzoek of anders, dat weet ik niet, aangewezen voor de boven genoemde vliegopleiding. Hier begint mijn speuren naar gebeurtenissen in zijn eerste logboek.
Hij begint op de tevens boven genoemde datum 17 augustus 1943. Zijn eerste 17 vluchten doet hij op de DH-82, beter bekend als de “Tiger Moth”. Op 1 september is hij Solo. Er zullen nog vele types volgen.

Wordt vervolgd.


Isaac Sweers

Tiger Moth (voorbeeld)

Locatie No. 7 E.F.T.S (Elementry Flying Training School) Braunstone Desford.